Regelementen Beker

Reglement Bekercompetitie

Er wordt gespeeld volgens de regels voor 60-minuten-rapid-schaak, officiële Nederlandse vertaling, laatste uitgave van de KNSB. Voor zover dit reglement daar niet van afwijkt.
De gehele competitie wordt gespeeld gedurende vier speelavonden. Tijdens de eerste, tweede en derde speelavond worden er voorronden gespeeld; op de vierde speelavond vinden de finalewedstrijden plaats.

Voor aanvang van de eerste speelavond worden alle deelnemende spelers door middel van een vrije loting ingedeeld in poules. Deze poules bestaan zo veel mogelijk uit vier spelers met dien verstande dat elke poule uit tenminste drie spelers bestaat. Voor aanvang van de loting deelt de wedstrijdleider mee welke lotingprocedure gevolgd gaat worden.
In elke poule wordt een halve competitie gespeeld volgens het principe: 1^e ronde; 1-4 2-3, 2e ronde: 2-1 3-4, 3e ronde: 1-3 4-2, waarbij de eerst genoemde telkens met wit speelt.
Spelresultaten worden in punten gewaardeerd en bijgeteld. De punten die men per ronde kan verdienen:

7 – Voor winst tegen een speler met een hogere of dezelfde rating

6 – Voor winst tegen een speler met een lagere rating

5 – Voor het staande nummer (zie Art. 7)

4 – Voor remise tegen een speler met een hogere of dezelfde rating

3 – Voor remise tegen een speler met een lagere rating

2 – Voor verlies tegen een speler met een hogere of dezelfde rating

1 – Voor verlies tegen een speler met een lagere rating

0 – Voor absentie (zie Art. 8)

Onder rating moet worden verstaan de op dat moment geldende clubrating, zoals bedoeld in het Reglement voor Clubrating.
Het staande nummer wordt toegekend aan de speler die voor de betreffende ronde geen tegenstander heeft en komt derhalve alleen voor in de poules, bestaande uit drie spelers.
Spelers die niet aanwezig zijn krijgen per ronde 0 punten toegekend, welke worden beschouwd als geldige spelresultaten.
Voor de tweede en derde speelavond zijn 3 tot en met Art. 8 van overeenkomstige toepassing. Ter verduidelijking wordt opgemerkt dat de loting derhalve opnieuw willekeurig is en resultaten van de eerste en tweede speelavond dus geen invloed hebben.
Na afloop van de derde speelavond maakt de wedstrijdleider aan de hand van de behaalde puntentotalen (in aflopende volgorde) een rangschikking op. Indien twee of meer spelers gelijk eindigen, dan is het puntentotaal na de eerste speelavond bepalend, vervolgens het puntentotaal na de tweede speelavond. Is ook dat gelijk, dan bepaalt het lot.

Voor aanvang van de finalewedstrijden worden niet-deelnemende spelers uit de rangschikking verwijderd en onderaan de lijst geplaatst aan de hand van de behaalde puntentotalen in de voorronden (in aflopende volgorde). Voor de betreffende spelers is de dan geldende positie op de rangschikking tevens de eindklassering. Voor alle overige spelers (incl. de spelers die niet hadden deelgenomen aan de voorronden) is vervolgens slechts de positie op de (herziene) rangschikking van belang; de behaalde punten in de voorronden verliezen hun betekenis.
De nummers 1 tot en met 8 van de (herziene) rangschikking vormen de hoofdgroep. In deze hoofdgroep wordt volgens onderstaand schema gespeeld:

Kwartfinales: 1-8 (A), 2-7(B), 3-6(C) 4-5(D)

Halve finales: Winnaar A- Winnaar D (E), Winnaar C – Winnaar B (F)

Verliezers(VL): VL A – Vl D (G), Vl B – Vl C (H)

Finale (1e/2e plaats): Winnaar E – Winnaar F

Om de 3e en 4e plaats: Verliezer E – Verliezer F

Om de 5e en 6e plaats: Winnaar G – Winnaar H

Om de 7e en 8e plaats: Verliezer G – Verliezer H

Bij alle in dit artikel genoemde partijen wordt telkens geloot om de kleur.

Als een partij als aangeduid in 12 eindigt in remise, dan zal een beslissing worden geforceerd worden via een snelschaakpartij, met andere kleuren gespeeld volgens het FIDE-reglement voor 5 minuten partijen. Levert ook dit geen beslissing op, dan wordt er opnieuw gesnelschaakt met omgekeerde kleuren; deze procedure wordt steeds herhaald tot er uiteindelijk een beslissing is.
Al naar gelang het aantal deelnemers, bepaalt de wedstrijdleider het te hanteren systeem voor de finale wedstrijden om de eindklasseringen 9 en lager, met dien verstande dat hij daarbij het gestelde in 12 en Art. 13 zo veel als redelijkerwijs mogelijk is, als uitgangspunt neemt. In ieder geval deelt hij vooraf mee welk systeem gehanteerd zal worden.

De bedenktijd bedraagt 25 minuten per persoon per partij, waarbij noteren niet verplicht is.
De wedstrijdleider of diens plaatsvervanger verricht de lotingen als bedoeld in 3 en Art. 10. op verzoek van één der betreffende spelers verricht hij tevens de loting als bedoeld in Art. 12.
Voor de aanvang van het seizoen deelt de wedstrijdleider mee op welk tijdstip men uiterlijk aanwezig moet zijn om voor deelname aan de speelavonden in aanmerking te komen. Spelers die op dat moment (nog) niet aanwezig zijn, worden voor de betreffende speelavond als absent beschouwd met toepassing van 8 indien het voorronden betreft en Art. 11 indien het de finale wedstrijden betreft.
Indien een deelnemer aan deze competitie van mening is dat de wedstrijdleider in strijd met de reglementen gehandeld heeft, dan kan hij of zij na afloop van een speelronde schriftelijk bezwaar aantekenen bij het bestuur. Dit bezwaarschrift dient met redenen omkleed, binnen veertien dagen aan één der bestuursleden te worden toegekomen. Indien het bestuur het bezwaar kan onderschrijven, zal in overleg naar een oplossing worden gezocht.
In gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist de wedstrijdleider.

Idee en reglement: Arnold Hoogeveen (1993), gewijzigd en opnieuw vastgesteld door de algemene ledenvergadering d.d. 27 augustus 2010